MAZDA MODEL 6 2016 Handleiding (in Dutch) 

Page 331 of 850

4–154
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Achteruit rijden (Werking van achteruitrijwaarschuwingssysteem (RCTA))
Het achteruitrijwaarschuwingssysteem (RCTA) bespeurt voertuigen die uw auto
vanaf de linker- en rechterzijde naderen en laat de dodehoekmonitor (BSM)
waarschuwingsindicatielampjes knipperen.
Functie voor uitschakelen van de verlichtingsdimmer
Als de dodehoekmonitor (BSM) waarschuwingsindicatielampjes gaan branden wanneer
de positielampen zijn ingeschakeld, wordt de helderheid van de dodehoekmonitor (BSM)
waarschuwingsindicatielampjes gedimd.
Als de dodehoekmonitor (BSM) waarschuwingsindicatielampjes moeilijk te zien zijn als
gevolg van verblinding door het licht van de omgeving bij het rijden op met sneeuw bedekte
wegen of bij mist, op de dimmeruitschakeltoets drukken om de dimmer uit te schakelen en
de helderheid van de dodehoekmonitor (BSM) waarschuwingsindicatielampjes te vergroten
wanneer deze gaan branden.
Zie Instrumentenpaneelverlichting op pagina 4-32 .
Display-indicator (Voertuigen met multi-informatiedisplay en Active Driving Display)
Wanneer de auto in voorwaartse richting rijdt, wordt het gedetecteerde naderende voertuig
en de waarschuwing in de multi-informatiedisplay en Active Driving Display getoond
(Dodehoekmonitor (BSM) operationeel).

Multi-informatiedisplay Active Driving Display
Detectie en waarschuwingsindicator Detectie en waarschuwingsindicator

Wanneer een naderend voertuig wordt gedetecteerd, wordt de gedetecteerde richting getoond
met behulp van een detectieindicator (wit). Bovendien, als een voertuig is gedetecteerd en
de richtingaanwijzerhendel wordt bediend om een verandering van rijstrook aan te geven,
verandert de waarschuwingsindicator op de display van kleur (oranje).
Dodehoekmonitor (BSM) waarschuwingszoemer
De dodehoekmonitor (BSM) waarschuwingszoemer wordt geactiveerd gelijktijdig met het
knipperen van een dodehoekmonitor (BSM) waarschuwingsindicatielampje.


Page 332 of 850

4–155
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Annuleren van de werking van de
dodehoekmonitor (BSM)
Het dodehoekmonitorsysteem (BSM) kan
op buiten werking ingesteld worden.
Zie Gebruikersinstellingen op pagina
9-15 .
Wanneer de dodehoekmonitor (BSM)
op buiten werking is gesteld, worden
de systemen van dodehoekmonitor
(BSM) en achteruitrijwaarschuwing
(RCTA) uitgeschakeld en gaat het
dodehoekmonitor (BSM) OFF
indicatielampje in de instrumentengroep
branden.


OPMERKING
Als de motor wordt stopgezet
terwijl de dodehoekmonitor
(BSM) is uitgeschakeld, wordt de
dodehoekmonitor (BSM) de volgende
keer dat de motor gestart wordt weer
geactiveerd.


Page 333 of 850

4–156
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
*Bepaalde modellen.
Verkeersbordherkenningsysteem (TSR) *
Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) helpt de bestuurder te voorkomen dat
verkeersborden over het hoofd worden gezien en biedt ondersteuning voor veilig rijden door
tijdens het rijden op de Active Driving Display verkeersborden te tonen die herkend worden
door de vooruitrijcamera (FSC) of die geregistreerd zijn in het navigatiesysteem.
Als gedurende het rijden de rijsnelheid het maximumsnelheidbord aangegeven in de Active
Driving Display overschrijdt, informeert het systeem de bestuurder door middel van een
indicatie in de Active Driving Display en een waarschuwingsgeluid.
Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) toont de maximum snelheid (inclusief
onderborden) en eenrichtingsborden.
OPMERKING
  In bepaalde landen of regio’s wordt het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) niet
ondersteund. Raadpleeg voor informatie betreffende de ondersteunde landen of regio’s
een deskundige reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële Mazda reparateur.

 Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) werkt alleen als de SD kaart van het
navigatiesysteem (origineel Mazda) in de SD kaartgleuf is gestoken. Raadpleeg
een deskundige reparateur, bij voorkeur een of¿ ciële Mazda reparateur voor
bijzonderheden.




Page 334 of 850

4–157
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
WAARSCHUWING
Let tijdens het rijden altijd goed op de verkeersborden.
Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) helpt de bestuurder te voorkomen dat
verkeersborden over het hoofd worden gezien en biedt ondersteuning voor veilig rijden.
Afhankelijk van de weersomstandigheden of problemen met verkeersborden, is het
mogelijk dat een verkeersbord niet wordt herkend of dat een verkeersbord dat verschilt
van het werkelijke verkeersbord wordt weergegeven. Neem het als bestuurder altijd tot
uw verantwoordelijkheid op de verkeersborden te letten. Anders kan dit een ongeluk tot
gevolg hebben.


Page 335 of 850

4–158
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
OPMERKING
  Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) werkt niet als er een defect is in de
vooruitrijcamera (FSC).
  Het is mogelijk dat het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) onder de volgende
omstandigheden niet normaal functioneert.
 


 Een voorwerp dat op het instrumentenpaneel geplaatst is wordt door de voorruit
weerkaatst en door de camera opgenomen.
 


 Wanneer er zware bagage in de bagageruimte of op de achterzitting is geplaatst en
de auto overhelt.
 


 Wanneer de bandenspanning niet op de voorgeschreven druk is afgesteld.



 Wanneer andere banden dan standaard banden zijn gemonteerd.



 De auto rijdt op een op- of afrit en aangrenzend gedeelte van een pleisterplaats of
tolhek op een snelweg.
 


 Wanneer de helderheid van de omgeving plotseling verandert, zoals bij het in- of
uitrijden van een tunnel.
 


 Wanneer de verlichting van de koplampen afgezwakt is als gevolg van
verontreiniging of afwijking van de optische as.
 


 Wanneer de voorruit verontreinigd of beslagen is.



 De voorruit en camera zijn beslagen (waterdruppels).



 Er schijnt fel licht op de voorzijde van de auto (zoals achteruitrijlichten of grootlicht
van koplampen van tegemoetkomende voertuigen).
 


 De auto maakt een scherpe bocht.



 Sterke lichtweerkaatsing vanaf het wegdek.



 Een verkeerslicht is in een positie die het weerkaatsen van het licht van de
koplampen van de auto bemoeilijkt, zoals bij het rijden in het donker of in een
tunnel.
 


 Tijdens het rijden onder weersomstandigheden, zoals regen, mist of sneeuw.



 De opgeslagen kaartgegevens voor het navigatiesysteem zijn niet actueel.



 De camera kan het beeld van een verkeersbord niet vastleggen.



 Een verkeersbord is bedekt door modder of sneeuw.



 Een verkeersbord staat verborgen achter bomen of een voertuig.



 Een verkeersbord staat deels in de schaduw.



 Een verkeersbord is verbogen of staat scheef.



 Een verkeersbord staat te laag of te hoog.



 Een verkeersbord is te helder of te donker (inclusief elektronische verkeersborden).



 Een verkeersbord is te groot of te klein.



 Er is een object dat lijkt op het verkeersbord dat wordt afgelezen (zoals nog een
verkeersbord of andere gelijksoortige borden).


 Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) kan op buiten werking ingesteld worden.  Zie Gebruikersinstellingen op pagina 9-15 .


Page 336 of 850

4–159
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Verkeersbordweergave-indicatie
De volgende verkeersborden worden op de Active Driving Display weergegeven.
Maximumsnelheidborden (inclusief onderborden)


Maximumsnelheidbord voor slecht weer


Eenrichtingsborden


Bovenstaande indicaties geven enkele voorbeelden.
Als de vooruitrijcamera (FSC) een onderbord niet juist kan herkennen (zoals periodieke
beperkingen, afslagbeperkingen, einde sectie), wordt het volgende scherm getoond.


Als de vooruitrijcamera (FSC) tijdens het rijden een verkeersbord niet goed kan herkennen,
wordt het volgende scherm getoond.




Page 337 of 850

4–160
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
OPMERKING
Maximumsnelheidborden (inclusief onderborden) 

 Wanneer aan een van onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt bij rijsnelheden van
ongeveer 1 km/h of hoger het maximumsnelheidbord getoond.
 


 De vooruitrijcamera (FSC) herkent een maximumsnelheidbord als een bord dat op
uw auto van toepassing is en de auto rijdt er aan voorbij.
 


 Het maximumsnelheidbord dat in het navigatiesysteem is opgeslagen wordt
afgelezen (als de vooruitrijcamera (FSC) geen maximumsnelheidbord herkent).


 Wanneer aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan, worden
maximumsnelheidborden voor slecht weer getoond.
 


 De rijsnelheid is ongeveer 1 km/h of hoger.



 De vooruitrijcamera (FSC) herkent een maximumsnelheidbord slechte
weersomstandigheden als een bord dat op uw auto van toepassing is en de auto rijdt
er aan voorbij.
 


 Het maximumsnelheidbord voor slecht weer is lager dan het huidige weergegeven
maximumsnelheidbord.
 


 De ruitenwissers zijn in werking. 

 De weergave van het maximumsnelheidbord stopt in de volgende gevallen. 



 De vooruitrijcamera (FSC) herkent het maximumsnelheidbord en de auto rijdt na het
passeren van het bord over een bepaalde afstand.
 


 De sensoren bepalen dat de auto van rijrichting is veranderd. (De weergave van
een maximumsnelheidbord stopt niet als de auto van rijstrook verandert en er een
“ZONE” onderbord wordt weergegeven.)
 


 De vooruitrijcamera (FSC) herkent een nieuw maximumsnelheidbord dat verschilt
van het vorige (geeft het nieuwe maximumsnelheidbord weer).
 


 Het maximumsnelheidbord dat is opgeslagen in het navigatiesysteem wordt
niet binnen een bepaalde tijd afgelezen (als de vooruitrijcamera (FSC) een
maximumsnelheidbord niet herkent, wordt het maximumsnelheidbord dat is
opgeslagen in het navigatiesysteem weergegeven).
 


 De rijsnelheid overschrijdt het weergegeven maximumsnelheidbord met 30 km/h of
meer nadat sinds de weergave van het maximumsnelheidbord een bepaalde tijd is
verstreken. (Behalve wanneer er informatie over het maximumsnelheidbord is in het
navigatiesysteem)



Page 338 of 850

4–161
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
OPMERKING
Eenrichtingsborden 

 Wanneer aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan wordt een eenrichtingsbord
weergegeven.
 


 De rijsnelheid is ongeveer 80 km/h of lager.



 De vooruitrijcamera (FSC) herkent een eenrichtingsbord als een bord dat op uw auto
van toepassing is en de auto rijdt er aan voorbij.


 De weergave van het eenrichtingsbord stopt in het volgende geval. 



 De vooruitrijcamera (FSC) herkent het eenrichtingsbord en er is een bepaalde tijd
verstreken *1 nadat de auto het bord is gepasseerd.
*1 De tijdtelling wordt tijdelijk onderbroken wanneer de auto bij een verkeerslicht of
stopbord tot stilstand wordt gebracht. De tijdtelling wordt hervat wanneer de auto weer
begint te rijden.


Page 339 of 850

4–162
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Waarschuwing te hoge snelheid
Als de rijsnelheid het maximumsnelheidbord dat op de Active Driving Display wordt
weergegeven overschrijdt, wordt een waarschuwingsgeluid geactiveerd en gaat het gedeelte
rondom het maximumsnelheidbord dat op de Active Driving Display wordt weergegeven
3 maal in oranje knipperen en als de rijsnelheid het weergegeven maximumsnelheidbord
blijft overschrijden, stopt de indicatie met knipperen en licht deze constant op. Controleer de
omgeving en pas de rijsnelheid aan de wettelijk geldende snelheid aan door het nemen van
de juiste maatregel zoals het intrappen van het rempedaal.




Page 340 of 850

4–163
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
OPMERKING
  De waarschuwing te hoge snelheid is aanvankelijk op niet-geactiveerd ingesteld.
Verander de instelling in de gebruikersinstellingen als u de waarschuwing te hoge
snelheid wilt activeren.
 


 Uit: De waarschuwing te hoge snelheid wordt niet geactiveerd.



 Alleen weergave van waarschuwing: Het gedeelte rondom het
maximumsnelheidbord knippert 3 maal in oranje en als de rijsnelheid het
weergegeven maximumsnelheidbord blijft overschrijden, stopt de indicatie met
knipperen en licht deze constant op.
 


 Weergave van waarschuwing waarschuwingsgeluid: Het gedeelte rondom het
maximumsnelheidbord knippert 3 maal in oranje en als de rijsnelheid het
weergegeven maximumsnelheidbord blijft overschrijden, stopt de indicatie met
knipperen en licht deze constant op en wordt het waarschuwingsgeluid geactiveerd.
 
 De functie van de waarschuwing te hoge snelheid stopt in de volgende gevallen. 



 De rijsnelheid is lager dan de snelheid van het maximumsnelheidbord dat wordt
weergegeven. (Als de activeringstijd voor de waarschuwing te hoge snelheid in de
gebruikersinstellingen wordt gewijzigd, stopt de functie van de waarschuwing te
hoge snelheid zodra de rijsnelheid lager is dan de gewijzigde rijsnelheid.
 


 Een indicatie voor een maximumsnelheidbord is bijgewerkt en aan de voorwaarden
voor het activeren van de waarschuwing te hoge snelheid is niet voldaan.
 


 Weergave van maximumsnelheidbord stopt. 

 De waarschuwingsindicatie wordt weergegeven op hetzelfde moment dat de
waarschuwing te hoge snelheid wordt geactiveerd als de rijsnelheid de snelheid
aangegeven op het maximumsnelheidbord overschrijdt.
 Zie In de volgende gevallen wordt een waarschuwingszoemer geactiveerd op pagina
7-57 .
  Het verkeersbordherkenningsysteem (TSR) kan een maximumsnelheidbord met een
onderbord herkennen en dit weergeven, echter het kan niet de aanduiding op het
onderbord bepalen (zoals periodieke beperkingen, afslagbeperkingen, einde sectie).
De waarschuwing te hoge snelheid wordt dus geactiveerd wanneer de rijsnelheid het
maximumsnelheidbord dat wordt weergegeven overschrijdt, ook als de voorwaarden
aangegeven op het onderbord niet op de auto van toepassing zijn.
  Als de vooruitrijcamera (FSC) een maximumsnelheidbord weergeeft dat onjuist is
herkend, zal ook als de auto met de wettelijke toegestane snelheid rijdt het alarm te
hoge rijsnelheid geactiveerd worden.
  Voor de waarschuwing te hoge snelheid kunnen de volgende instellingen worden
gewijzigd.
 


 Waarschuwingsgeluid en indicatiepatroon



 Tijdstip waarop de waarschuwing wordt geactiveerd 
 Zie Gebruikersinstellingen op pagina 9-15 .


Page:   < prev 1-10 ... 291-300 301-310 311-320 321-330 331-340 341-350 351-360 361-370 371-380 ... 850 next >